dinsdag 17 november 2020

Zelf maken bovenleiding (deel 2, de eerste rijdraad)


 De eerste proefrit onder de eerste afgespannen rijdraad!



Na het proefstukje uit het vorige bericht is een begin gemaakt met de bovenleiding op de modelbaan. Ik werk van boven naar beneden. Allereerst het bovenste tracé, lastig te bereiken en met een scherpe boog nabij een tunnelingang. Ik heb er een werktafel voor gemaakt die ik boven het station kan plaatsen. daarmee is het werken op het ver terug gelegen baanvak een stuk eenvoudiger geworden.


Onder de bovenleidingmastjes staan blokjes met de juiste hoogte. Op de vrije baan houd ik 65 mm aan, in de tunnelingang is dat slechts 50 mm. De overgangen moeten geleidelijk verlopen.

De rijdraad moet zodanig onder spanning vastgezet worden dat deze strak staat. Uiteindelijk zorgt een veer voor een beetje flexibiliteit zodat een stootje tegen de draad geen schade oplevert.

Op rechte en nagenoeg rechte tracés is het bevestigen geen groot probleem. De rijdraad wordt eenvoudig tegen de mastuithouder gesoldeerd. In verband met de lichte boog in het tracé houdt de punaise op onderstaande foto de rijdraad in horizontale richting op zijn plek. Ook het blokje is daarvoor met tape aan de mast vast gezet.



In scherpe bogen is het een stuk lastiger. Eenvoudig onder de uithouder solderen betekent hier een hoog risico op losschieten door de hoge zijwaartse kracht. De rijdraad moet net zoals bij de kant en klare Sommerfeldt rijdraden om de uithouder gebogen worden. Dat betekent stukjes rijdraad van mast tot mast. Ook het uiteinde van de uithouder is gebogen. Zo wordt een verbinding verkregen die een grote kracht kan weerstaan. Ik ga nu, na enkele malen uitproberen, als volgt te werk. (ik werk aan de bovenleiding van links naar rechts)

Ik zet de losse draad ergens vast en buig het einde om de uithouder met een lichte spanning zodat dit goed blijft zitten. Ik fixeer deze verbinding met soldeertin. 



Daarna haal ik de spanning weer van de losse rijdraad af en span het stukje rijdraad van de vorige mast  ook om de uithouder. Dit alles moet zodanig gespannen worden dat de uithouder bij een definitieve afgespannen rijdraad goed in lijn staat met de bovenleidingmast. Na vastsolderen wordt het "knoopje" bewerkt en worden de losse eindjes weggeslepen.


De gehele rijdraad wordt aan één zijde vast gezet en aan de andere zijde verend bevestigd. In een tunnel kan dit goed met een normale veer. Tunnelbovenleiding neemt hier de taak over en laat de stroomafnemer geleidelijk omhoog komen. Op onderstaande foto is dit goed te zien.


Nu de eerste rijdraad gespannen is en de testrit goed is verlopen ga ik mij eerst ontspannen en over een tijdje beginnen met het aanbrengen van de hangdraden en de draagkabel. Als het allemaal goed blijft gaan is het dankbaar werk!

Wordt vervolgd,

Jan




Geen opmerkingen:

Een reactie posten